Dit keer blogt Mr. Guido Zwaanswijk van Farber Zwaanswijk Advocaten in Den Haag.

Zwaanswijk schrijft over de nieuwe werkwijze ZSM van justitie: het snel afhandelen van veelvoorkomende criminaliteit waarbij beoordelen, straffen en uitvoeren in elkaar wordt geschoven. Advocaten hekelen ZSM omdat de raadsman er vaak niet meer aan te pas komt.

Zo Snel Mogelijk (een strafblad)

De 17-jarige Max besluit na een avondje stappen nog een broodje te eten in een snackbar. Na het eten van zijn broodje verlaat Max de snackbar, maar niet voordat hij zonder af te rekenen een blikje cola meepakt. Niemand heeft het gezien en er hangen ook geen camera’s in de snackbar.

Op weg naar huis wordt Max alsnog aangehouden. Maar niet op verdenking van diefstal. De politie pakt Max ten onrechte op, omdat hij voldoet aan het signalement van een verdachte voor een ander feit. Foutje.

Max zit in een cel. Onder druk van de mededeling van een agent dat hij hier langer blijft zitten als hij op een advocaat moet wachten, doet Max afstand van zijn recht op consultatie van een advocaat.

Als Max dan eindelijk verhoord wordt, is hij dusdanig onder indruk geraakt van het politieoptreden, dat hij direct de diefstal van het blikje bekent. Zonder dat iemand hier iets over zegt. Max wordt dan teruggebracht naar zijn cel.

Vier uren later gaat zijn celdeur open. Max kan kiezen; of nu in vrijheid worden gesteld met betaling van een strafbeschikking van € 300,-, of in verzekering worden gesteld met als gevolg een langer verblijf of het bureau. De keus is snel gemaakt. Max kiest voor de strafbeschikking en denkt dat hiermee de zaak is afgehandeld.

Helaas. Zes maanden later wordt zijn aanvraag voor een Verklaring Omtrent Gedrag, die hij nodig heeft voor zijn vakantiebaan als postbezorger, afgewezen, aangezien hij een strafblad heeft. Max snapt er niets van. Hij had toch alleen een boete gekregen?

Voornoemde casus is uiteraard fictief. Alleen wel gebaseerd op de ‘harde’ werkelijkheid. Althans voor verdachten. Medio 2011 is het Openbaar Ministerie gestart met een pilot ZSM, die landelijk is uitgerold.

ZSM staat voor het zo snel mogelijk daadkrachtig aanpakken van veel voorkomende criminaliteit door het OM in samenwerking met de ‘ketenpartners’. Deze ketenpartners zijn de Reclasseringsorganisaties, Slachtofferhulp Nederland en de Raad voor de Kinderbescherming.

Bedoeling van ZSM is dat een verdachte binnen zes uur na aanhouding door het OM in overleg met de ketenpartners wordt bestraft.

De ZSM-aanpak is een succes, zegt het OM. Hoofdofficier van Justitie Johan Bac spreekt in het vakblad Opportuun 12, december 2011, over ‘winstpakkers’ en ‘scoren’.

In het AD van 26 maart 2012 vermeldt het OM trots dat zij in de periode mei 2011 tot december 2011 in de regio Den Haag 3108 zaken ZSM heeft afgehandeld. Landelijk is in 2012 voor ongeveer 44.000 zaken via ZSM afgedaan. Hiertegen kan toch geen kritiek bestaan?

Advocatuur speelt geen enkele rol

Toch bestaat er wel degelijk kritiek tegen de huidige ZSM-werkwijze. Naast de kritiek dat een vervolgende instantie op de stoel van de rechtsprekende macht is gaan zitten, is de nog grotere kritiek op de ZSM-werkwijze dat de advocatuur thans geen enkele rol speelt in deze gehele procedure.

In ieder geval de door mij ondervraagde collega’s hebben in de afgelopen jaren geen ZSM-zitting bijgewoond. Uiteraard wel een Trip-, OM- en Supersnelrechtzitting, maar de ZSM-werkwijze wordt (met opzet?) uit beeld gehouden van de advocatuur.

Dat dit beeld klopt, blijkt wel uit het gegeven dat Hoofdofficier Bac in Opportuun aangeeft dat ‘hij merkt dat weinig zaken ZSM worden afgedaan in aanwezigheid van advocaten. Daar wordt hij soms een beetje ongerust van.’

Nog ongeruster word ik van de daarop volgende verklaring van Hoofdofficier Bac voor het ontbreken van de advocatuur bij de ZSM-werkwijze.

Volgens Bac ‘worden verdachten altijd gewezen op de mogelijkheid om een advocaat te raadplegen, maar kiezen deze er niet vaak voor. Dat is ook een succes. Kennelijk vinden zij dat hun rechten door het OM voldoende worden gewaarborgd – en daar zijn we ook voor.’

Wij strafrechtadvocaten weten hoe verdachten worden verleid tot het doen van afstand van consultatie van een advocaat.

Geregeld hoor ik later van mijn cliënten dat zij afstand hebben gedaan, omdat de politie zei dat het anders nog uren zou duren voordat een advocaat op het bureau zou zijn, of dat zij door het doen van afstand binnen zes uren weer buiten kunnen staan. Verleidelijke toezeggingen.

Hoofdofficier Bac vindt dat hij naast de rol van uitvoerende en rechtsprekende macht, ook nog de rol van de advocatuur kan vervullen. Een schokkend standpunt in het licht van de Trias Politica en de beginselen van een goed functionerende rechtsstaat.

Hoe zou het met Max zijn afgelopen als hij  voor zijn verhoor wel een strafrechtadvocaat had geraadpleegd? Misschien had hij niet bekend en zou hij door het ontbreken van getuigen en/of videobeelden zonder strafblad het politiebureau hebben verlaten.

Misschien zou hij voor zijn eigen gemoedsrust toch gekozen hebben voor een bekennende verklaring. Doch zou hij wel beide besluiten weloverwogen en zonder dwingende karakter van een kort geopende celdeur hebben genomen.

De ZSM-werkwijze kan door het ontbreken van een duidelijke rol van de advocatuur nog geen ‘winstpakker’ worden genoemd. Althans niet zonder ongerust te worden.

Guido Zwaanswijk